PARIJS - Nederland is als zesde geëindigd op de medaillespiegel van de Olympische Spelen in Parijs, de hoogste notering ooit, en één plekje hoger dan drie jaar geleden in Tokio. In Japan won Nederland weliswaar 36 medailles en dat is twee meer dan de 34 van Parijs, maar nooit eerder won Oranje 15 maal goud. De Nederlandse sporters wonnen naast de 15 olympische titels 7 keer zilver en 12 keer brons. Daarmee is de vooraf gestelde top tien ambitie van het NOC*NSF ruimschoots gehaald.


Harrie Lavreysen kroonde zich op de laatste dag tot de Oranje-koning van de Spelen. Na winst in de teamsprint met Jeffrey Hoogland en Roy van den Berg won hij individueel goud op de sprint en de keirin. Hij voltooide zo zijn gouden hattrick en kroonde zich daarmee tevens tot succesvolste Nederlandse olympiër ooit op de Zomerspelen. Met zijn twee gouden en één bronzen medaille van Tokio erbij, staat Lavreysen inmiddels op zes medailles. Hiermee onttroonde hij zwemmer Pieter van den Hoogenband. Alleen schaatster Ireen Wust, behaalde op de Olympische Winterspelen meer medailles. De succesvolste Nederlandse olympiër op één editie van de Zomerspelen blijft Fanny Blankers-Koen. Zij veroverde vier keer goud op de Spelen van 1948.

Een ander absoluut hoogtepunt van de slotdag was het goud van Sifan Hassan die op zondagochtend een unieke trilogie met goud voltooide op de marathon, na het behalen van brons op de 5.000 en 10.000 meter. Nooit eerder slaagde een vrouw erin op die drie nummers een medaille te pakken. Hassan behaalde drie jaar terug in Tokio al twee gouden medailles (5000 en 10.000 meter) en brons op de 1500 meter. In het atletiek pakte Oranje ook al goud in de gemengde 4x400 meter estafette met Eugene Omalla, Lieke Klaver, Isaya Klein Ikkink, Femke Bol en Cathelijn Peeters.

Sharon van Rouwendaal won goud op de 10 kilometer openwater zwemmen. Het was haar tweede olympische titel na die van Rio de Janeiro in 2016. Tussendoor pakte zij zilver op de spelen van Tokio. Nooit eerder won een sporter tweemaal goud in het olympische openwaterzwemmen.

De 36-jarige Marit Bouwmeester pakte eveneens haar tweede olympische titel en werd daarmee de succesvolste zeilster in de geschiedenis van de Spelen. Ook in Rio veroverde ze het goud. In Londen 2012 pakte ze zilver en in Tokio was de kleur brons. Odile van Aanholt en Annette Duetz pakten eveneens goud in de 49erFX.

Ook lukte het Nederland niet eerder om op één olympisch toernooi vier gouden medailles in het roeien te winnen. De 26-jarige Karolien Florijn werd de eerste Nederlandse vrouw die olympisch skiffgoud won. Goud was er ook in de dubbel-vier bij de mannen, de vier-zonder vrouwen en in de vrouwen twee-zonder met Clevering en Meester.

Een uitzonderlijke gouden dubbel is die van de vrouwen- en mannenhockeyers. Nooit eerder pakte één land tijdens de Olympische Spelen hockeygoud bij zowel de mannen als de vrouwen. Tot slot zal ook de gouden medaille die de 3x3 basketballers met Worthy de Jong, Dimeo van der Horst, Jan Driessen en Arvin Slagter behaalden in Parijs ons nog lang heugen.