De Amsterdamse woningvoorraad breidde destijds vooral uit in Buitenveldert, Nieuw-West, Noord en later de Bijlmer. Om de woningnood onder studenten tegen te gaan, gaf de UvA in 1968 opdracht voor de bouw van flatgebouw de Zilverberg, dat augustus 1970 werd opgeleverd. Het in Nederland eerste grootschalige huisvestingsproject voor studenten had, verdeeld over tien woonlagen, 646 woningen voor alleenstaanden, stellen en de conciërge. Twee jaar later opent op de nabijgelegen Cleyndertweg nog een studentenflat. Destijds werd op kamers gaan beschouwd als noodzakelijke persoonsvorming.
Alle initiatieven en maatregelen ten spijt, wordt de Zilverberg geen succes. Door geruchten over criminaliteit, diefstal, prostitutie en verkrachting maakt het gebouw vooral naam als de studentenflat waar je écht niet wil wonen. Het lijkt op flats in het Oostblok, is deprimerend. Oud-bewoners en -bezoekers van de Zilverberg kijken verschillend terug op het gebouw. De een vond het een broedplaats voor vrije geesten, de ander een vuilnisbelt.
Voor de oplevering van de Zilverberg zijn er al problemen. In het ontwerp ontbreken op acht afdelingen de keukens, deze fout wordt voor de bouw hersteld. Als het gebouw in gebruik is genomen, zijn er vrijwel meteen lekkages, scheuren in de muren en verzakkingen. Problemen waar veel wijken uit de jaren ’60 mee kampen vanwege het hoge tempo, lage budget en daardoor slechte kwaliteit van de bouw. Tochtstrips houden de kou niet buiten. De wind waait soms door de gangen, ramen klapperen. Het imago van de Zilverberg, door de betrekkelijk afgelegen locatie toch al niet populair, keldert. Al gauw wordt de flat voornamelijk bewoond door eerstejaarsstudenten, die daarvandaan naar een kamer aan de andere kant van ’t IJ zoeken. Aan het begin van het studiejaar zijn de woningen in Zilverberg bezet, een paar maanden later staat het leeuwendeel leeg.
In 1970 is de wijk waar de Zilverberg stond een nette arbeiderswijk. Van meet af aan zijn de verstandhoudingen tussen de bewoners en ruim 600 studenten slecht. Dit verergert als kamers (tegen een hogere prijs) clandestien worden onderverhuurd. Tot ergernis van de achtergebleven bewoners en de buurt is de flat deels bevolkt door prostituees en mensen uit de drugs- en onderwereld. Op 17 juni 1974 zet de politie de Zilverberg af voor huiszoeking. De Nederlandsche Middenstandsbank op het Buikslotermeerplein is kort daarvoor beroofd. Het vermoeden bestaat dat de daders zich met de buit van 30.000 gulden ophouden in de flat. Het enige wat de actie oplevert, is een van de universiteit gestolen typmachine.
In de Zilverberg huizen twee cafés. Eén daarvan is een ontmoetingsplek voor studenten, waar huisband ‘De Flatband’ en punkband ‘Inside Nipples’ oefenen en jamsessies houden. Het café aan de noordkant van de flat is verhuurd aan particulieren en heeft studenten, flatbewoners én mensen uit de buurt als klanten. De conflicten tussen de groepen lopen regelmatig zo hoog op dat de politie moet ingrijpen. In 1974 gaat het café tijdelijk dicht. Voordat het in 1975 heropent, is er overleg met de politie. Om het toegangsbeleid aan te scherpen, en voor de veiligheid van de gasten, komt er een portier.
Vanaf 1982 is wonen in de Zilverberg toegestaan voor alle Amsterdammers en gaat het verder bergafwaarts met de flat. Ondanks dat ruim 1.000 mensen op een wachtlijst staan, is de helft van de kamers onbewoond. Nieuwe bewoners hebben vaak een (psychisch) verleden. Er is vrijwel geen sociale controle. Het gebouw verpaupert door achterstallig onderhoud en betonrot. Vuilnis gaat door het raam naar buiten, er is voortdurend (geluids)overlast. In de keuken is ongedierte. Overal mieren. Bewoners zien tijdens het koken muizen op het aanrecht sterven.
In l985 wordt het lichaam van een 25-jarige man gevonden. Hij ligt 9 maanden dood in zijn kamer, overleed aan een overdosis heroïne. Zilverberg heeft inmiddels bijnamen als ‘kazerne’ en ‘open inrichting’. ‘Jumping Amsterdam’, komt voort uit ongegronde, wilde verhalen dat mensen van het dak springen. Evenmin is het waarschijnlijk dat mensen hiervoor de klapramen gebruiken. Die kunnen maar 30 centimeter open en zijn vergrendeld.
Augustus 1990, precies twintig jaar na oplevering, gaat de Zilverberg tegen de vlakte. De studentenflat op de Cleyndertweg blijft wel staan. Het mislukken van de Zilverberg heeft behalve de slechte bouw en locatie mogelijk ook te maken met de omvang van het complex. Elke etage had ruim 60 wooneenheden, een veel hoger aantal dan op de Cleyndertweg. Bij de begin jaren ’90 afgebroken flats in de Bijlmer speelde de grootte van de gebouwen ook parten. Het concept waar de appartementen op waren gebaseerd, Molenwijk in Amsterdam-Noord, week in zoverre af van het origineel dat de galerijen veel langer waren en er daardoor minder sociale controle was. Tegenwoordig worden vrijwel geen flats meer met een lange binnen- of buitengalerij gebouwd.