AMSTERDAM - Na de verplichte sluiting van alle horeca op 15 maart jl. was het vorige week zover, de horeca mocht weer open. Voor de meeste horecabedrijven kwam dit als enige vorm van verlichting na maanden van onzekerheid. De versoepeling van de maatregelen heeft ook geleid tot nieuwe creatieve ideeën binnen deze branche. Zo lanceerde het Planetarium Meeting Center Amsterdam een nieuw Pop-Up restaurantconcept voor de zomer maanden. Het bedrijf, gevestigd in het voormalig gebouw voor sterrenkunde en aan de zuidoost kant van Amsterdam, heeft afgelopen weekend haar deuren geopend voor particulieren met een Pop-Up Pannenkoeken concept.
Pop-Up Pannenkoek heeft een toegankelijk karakter en richt zich op de buurtbewoners en de bezoekers van het Gaasperpark. Dit recreatiegebied is gelegen aan de zuidoost kant van Amsterdam en kent momenteel geen horeca. Thomas van Arkel, directeur & gastgever van het Planetarium Amsterdam, vertelt; “Wij zijn ongelofelijk blij dat wij weer gasten mogen ontvangen. Het gebied mist een toegankelijk restaurant voor alle parkbezoekers en voor de duizenden gezinnen met kinderen aan deze kant van Amsterdam. Daarom hebben wij nagedacht over een nieuw concept naast ons meeting center waarmee wij deze doelgroep kunnen bedienen”.
Het restaurant is geopend voor lunch, koffie of thee met gebak, pannenkoeken en een tal van bistrogerechten voor een schappelijke prijs. Het zonnige terras aan de achterzijde van het karakteristieke gebouw telt 50 zitplekken en biedt een prachtig uitzicht op het park. De website en menukaart onthullen dat het concept in ruimtevaart thema is uitgevoerd. Door de gehele locatie zijn maatregelen getroffen om zo ten alle tijden de RIVM richtlijnen en daarmee een veilige restaurantomgeving te kunnen waarborgen.
Voor de mensen die liever in het park eten, verkoopt Pop-up Pannenkoek ook verschillende picknick pakketten. Thomas van Arkel; “Het aantal mensen dat het park in trekt om te picknicken is aanzienlijk toegenomen. De sluiting van de horeca en de 1.5 meter samenleving maken picknicken populairder dan ooit tevoren.”