AMSTERDAM - Leerlingen van basisschool Henricus (regulier onderwijs) en Visio (speciaal onderwijs) hebben samen beide schoolpleinen getest. Waar kan beter worden samengespeeld volgens de kinderen? Deze zogeheten Speeltuinbendetest is onderdeel van het project 'In Actie voor Samen Spelen' van Stichting het Gehandicapte Kind. Met dit project komen deze kinderen in Amsterdam gedurende schooljaar 2024-2025 regelmatig met elkaar in contact. Dit werd eerder afgetrapt met een gastles, waarbij de kinderen elkaar voor het eerst écht ontmoetten.

Natuurlijk is het gras altijd groener aan de overkant. Als de kinderen van Henricus met een grote groep het schoolplein van Visio betreden, vertellen ze dat dit de eerste keer is dat ze op elkaars plein zijn. Ze zagen elkaar wel altijd uit de verte achter het hoge hekwerk spelen, maar het hek tussen beide scholen zat dicht. Vóór dit project kenden ze elkaar dus nog niet. En vandaag gaan ze voor het eerst echt samen spelen, elkaar beter leren kennen en de schoolpleinen testen. In het begin moet het ijs nog een beetje breken. Sommige kinderen van Visio kunnen niet alleen beperkt zien, maar communiceren ook anders waardoor contact maken toch wel wat lastiger is. Maar al snel wordt er samen gespeeld. De kinderen van de Henricus klassen kunnen daarbij kiezen uit een groot aantal brillen met verschillende zichtbeperkingen, om te ervaren hoe het is om slechtziend te zijn.

Samen spelen kan altijd


Een jongetje zegt tegen de juf: “Deze bril is veel te makkelijk!”. Maar niet veel later struikelt hij over een boomwortel die, door de bril, buiten zijn gezichtsveld lag. Hij beseft zich ineens beter wat het betekent om slechtziend te zijn. Ook tijdens de voetbalwedstrijd wordt geconcludeerd dat samen voetballen kan, maar dat het dan wel handig is om andere regels te bedenken voor een eerlijk spel. Ook leren de kinderen van een juf van Visio dat er bij hen voor de veiligheid wordt gevoetbald met zachte ballen en dat het voetbalveld van de Visio school klein is en met een hekwerk eromheen om de bal binnen te houden. Maar dat is voor iedereen eigenlijk best handig, vinden de kinderen zonder visuele beperking. Samen spelen kan dus altijd.

Veel vaker samen spelen

Een leerling van Visio ziet dat wel zitten. Zij zegt stralend: “Ik heb drie nieuwe vriendinnetjes gemaakt vandaag op de schommel!” Ook de leerkrachten zien graag een vervolg. Tijdens het spel vraagt een juf enthousiast: “Kunnen we niet elke maand een Samenspeeldag organiseren in kleine groepen?”. En een ander vraagt zich af of het hek niet af en toe gewoon geopend kan worden als er genoeg begeleiding is. Dit samen spelen blijft dus zeker niet bij een keer. Iedereen ziet het belang ervan in.

Belangrijk in de strijd tegen eenzaamheid

Dit samen spelen stimuleren is superbelangrijk, vindt Denise van der Schaft. Als projectmanager bij het Gehandicapte Kind, heeft zij als doel om eenzaamheid onder kinderen met een handicap te bestrijden. “Samen spelen is ontzettend belangrijk voor de ontwikkeling van kinderen, maar is helaas niet voor ieder kind weggelegd. Kinderen met een handicap leven vaak in isolement. Dat is niet alleen verdrietig, maar heeft ook verstrekkende gevolgen. Niet mee kunnen doen, geen vriendjes hebben en er niet bij horen zijn ervaringen die zij de rest van hun leven meedragen. Zo’n achterstand is bijna niet meer in te lopen: uit onderzoek blijkt dat maar liefst 62% van de volwassenen met een handicap zich nog steeds eenzaam voelt1 .”

Leren om samen te spelen

Volgens Denise is het regelmatige contact tussen de kinderen dan ook erg belangrijk: “Met dit project, dat we uitrollen op 24 scholen in 12 gemeenten, stimuleren we het contact tussen kinderen met en zonder beperking, hun ouders en mensen in hun omgeving. Ze leren in de praktijk hoe ze samen kunnen spelen en we zorgen voor bewustwording. Doordat het niet blijft bij één ontmoeting, bieden we een stevige basis voor inclusie.” Maar dat alleen is niet voldoende, aldus Denise: “Het blijft noodzakelijk dat er óók meer samenspeelplekken komen en we onze kennis over samen spelen vergroten. Alleen dan kunnen we onze droom waarmaken: dat elk kind samen kan spelen met leeftijdgenootjes uit de buurt.”

Over Stichting het Gehandicapte Kind

Geen kind zonder vriendjes, dat is het ideaal van Stichting het Gehandicapte Kind. Een handicap beperkt een kind niet voor het leven. Buitengesloten worden doet dat wel. De meeste kinderen leren leven met hun beperking. Hun grootste handicap is dat ze niet kunnen meedoen. Zij hebben vaak niemand om mee te spelen. Dit kan leiden tot een leven lang eenzaamheid.

Met steun van donateurs en vrijwilligers helpt Stichting het Gehandicapte Kind om speeltuinen, sportclubs en scholen toegankelijk te maken. Hier kunnen kinderen met en zonder handicap elkaar ontmoeten, samen spelen en vrienden maken. Zodat geen enkel kind eenzaam hoeft te zijn.