AMSTERDAM - De vordering van de Stichting ICAM tot een schadevergoeding voor alle 6,5 miljoen mensen die tijdens de coronapandemie hun persoonsgegevens aan een GGD hadden toevertrouwd, kan niet worden toegewezen. Dat heeft de rechtbank Amsterdam vandaag beslist. Hoewel er wel van bepaalde mensen vaststaat dat hun gegevens zijn gestolen, betekent dat niet dat iedereen nu ook een vergoeding moet krijgen. Volgens Europese rechtspraak kan iemand alleen een schadevergoeding krijgen als vaststaat dat zijn persoonsgegevens in verkeerde handen zijn gekomen. De vrees dat gegevens in verkeerde handen zouden kunnen zijn gekomen is niet voldoende. De claim van stichting ICAM voor ruim 3,5 miljard euro schadevergoeding wordt niet ontvankelijk verklaard. Dit betekent dat deze vordering niet verder behandeld wordt.

Personen van wie wel vaststond dat hun persoonsgegevens in verkeerde handen zijn gekomen, hebben al een financiële tegemoetkoming aangeboden gekregen door een van de gezondheidsorganisaties (GGD’s). De meeste benadeelden hebben die tegemoetkoming geaccepteerd, waarmee zij afstand hebben gedaan van een vordering tot schadevergoeding.

Over de massaclaim

Stichting ICAM diende een massaclaim in tegen de staat, verschillende gezondheidsorganisaties (GGD’s), veiligheidsregio’s en gemeentes naar aanleiding van een datalek tijdens de coronapandemie. In coronatijd hebben 6,5 miljoen personen persoonsgegevens toevertrouwd aan een GGD toen zij zich lieten testen of vaccineren, of bij een bron- en contactonderzoek. GGD-medewerkers hadden toegang tot die persoonsgegevens en uit politieonderzoek is gebleken dat het is voorgekomen dat die gegevens ter beschikking zijn gesteld aan anderen. De stichting eiste betaling van een schadevergoeding, niet alleen aan de personen van wie vast staat dat hun persoonsgegevens aan derden zijn verstrekt, maar ook aan iedereen die moet vrezen dat zijn of haar persoonsgegevens in verkeerde handen zijn gevallen. Dat geldt volgens ICAM voor iedereen die gegevens aan een GGD heeft verstrekt. De claim hield in dat die 6,5 miljoen mensen 500 euro voor immateriële schade en 50 euro voor materiële schade zouden moeten krijgen. Het totale belang van de zaak was daarmee ruim 3,5 miljard euro.

Over enige andere vorderingen van Stichting ICAM wordt nog verder geprocedeerd.