Wethouder Victor Everhardt (Economische Zaken): "Door dit besluit neemt in het gebied het toeristisch aanbod af en maken we de binnenstad aantrekkelijker voor Amsterdammers, zodat zij meer reden hebben om te gaan winkelen in het centrum. Want Amsterdam is in eerste instantie een stad om in te wonen, en pas in tweede instantie een stad om te bezoeken."
Het besluit betekent dat in deze 165 panden waar horeca, seksshops, smartshops, automatenhallen, geldwisselkantoren, minisupermarkten, souvenirwinkels en andere winkels en voorzieningen (zoals entertainment) zaten die op toeristen waren gericht, een andere invulling moet komen, die gericht is op een breed publiek. Denk hierbij aan een kleding- of boekenwinkel, een kapper of fysiotherapeut, een schoenmaker of sportschool. De 165 door het college aangewezen panden staan óf momenteel leeg, óf er zit al een andere functie in dan de nu verboden functie. Alle panden hebben een ruime bestemming, waarin allerlei functies zijn toegestaan. De 165 panden bevinden zich allemaal in het centrumgebied: het postcodegebied 1012 en 40 omliggende drukke en toeristische straten, zoals de Leidsestraat.
Burgemeester Femke Halsema: "Opnieuw zetten we een stap in de goede richting. Een ander winkelaanbod draagt bij aan een aantrekkelijke binnenstad voor Amsterdammers. We zijn er nog lang niet, maar de gemeente houdt vol en pakt kansen als deze zich voordoen."
Sinds oktober 2017 staat Amsterdam in dit centrumgebied geen nieuwe winkels en voorzieningen meer toe waarvan het aanbod alleen op toeristen is gericht. Deze maatregel zorgde voor een rem op de groei, niet voor een nieuwe samenstelling van het aanbod dat er al is. Dit voorbereidingsbesluit verandert de samenstelling van het bestaande aanbod wel.