AMSTERDAM - Meer ruimte voor voetgangers, fietsers, spelende kinderen en groen. En dus minder voor de auto. Zo ziet het college van B en W Amsterdam voor zich. Om het aantal auto's op straat terug te dringen, worden er vanaf 1 juli 2019 minder parkeervergunningen uitgegeven.

Wie al een parkeervergunning heeft, kan deze gewoon behouden. Alle andere vergunningen (bijzondere vergunningen voor hulpverleners, mantelzorgers en gehandicapten, de autodeelvergunning, maatschappelijke vergunningen en de bezoekersvergunning) vallen buiten deze maatregel.

Langere wachttijd
Van 1 juli 2019 tot en met 1 juli 2025 wordt ieder half jaar het maximaal beschikbare aantal parkeervergunningen verlaagd. De wachttijd wordt daardoor na 1 juli gemiddeld twee maanden langer. In 2026 kan de extra wachttijd oplopen tot ruim twee jaar.

Leefbare stad
Het college wil meer ruimte creëren voor voetgangers, fietsers en spelende kinderen. Het verhogen van de parkeertarieven voor bezoekers en het verplaatsen van parkeerplaatsen naar ondergrondse garages zijn twee instrumenten die dit mogelijk maken. Door een limiet te stellen aan het aantal vergunningen komt daar een derde instrument bij. Het doel is om tot 2025 7.000 tot 10.000 parkeerplekken op straat op te heffen zonder parkeeroverlast te veroorzaken. Door het aantal beschikbare parkeervergunningen ieder half jaar te verlagen, zijn er per jaar ongeveer 1.100 minder parkeerplekken nodig.

Uw mening
Tot 8 mei 2019 kunt u uw mening en opmerkingen aan ons kenbaar maken. Dit doet u door het formulier op www.amsterdam.nl/inspraak in te vullen.

Voor meer informatie over de inspraak kunt u mailen naar inspraak.parkeren@amsterdam.nl.