In de visie staan vijf economische opgaven centraal: het stimuleren van succesvol ondernemen in (en voor) de buurt, in de regio en op internationaal niveau, het versterken van innovatieve ecosystemen die bijdragen aan maatschappelijke opgaven, ruimte voor werk en voorzieningen, het versnellen van de energietransitie en het faciliteren van een gezonde arbeidsmarkt met gelijke kansen voor iedereen. Leidende principes zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen, ongelijk investeren voor gelijke kansen, lokaal potentieel optimaal benutten en anders internationaliseren.
Wethouder Sofyan Mbarki (Economische Zaken): “Het economische model met goedkope arbeid en fossiele energie dat we nu hebben is niet langer houdbaar en wenselijk. Het gaat Amsterdam economisch goed en we willen deze sterke positie behouden, maar de economische groei zou eerlijker over de stad verdeeld moeten worden. En we moeten kijken naar hoe we omgaan met de uitwassen van doorgeslagen marktwerking, ook om zo lokale ondernemers te beschermen. We willen daarom investeren in een vitale economische basis waarop brede welvaart zich de komende jaren kan ontwikkelen. Als gemeente kunnen we deze uitdagingen niet alleen aan, samenwerking met partners is cruciaal.”
Beschermen en stimuleren lokaal ondernemerschap
Lokale ondernemers zorgen voor werkgelegenheid en dragen bij aan duurzaamheid en innovatie. In buurten en wijken is het midden- en kleinbedrijf (MKB) een partner van de gemeente op het gebied van leefbaarheid, winkeldiversiteit, veiligheid, sociale cohesie en vergroening. Om lokaal ondernemerschap te beschermen en te ondersteunen wordt de komende jaren extra geïnvesteerd in de samenwerking tussen ondernemers onderling en tussen ondernemers en de gemeente. Dit kan onder andere door meer geld vrij te maken voor bedrijfsinvesteringszones, ondernemersverenigingen en andere samenwerkingsvormen. Ook zijn en blijven acceptabele huurprijzen een belangrijk gespreksonderwerp met vastgoedeigenaren de komende jaren. Om kleinere ondernemers te beschermen tegen oneerlijke concurrentie en ze weerbaarder te maken tegenover de uitwassen van de platformeconomie (gebouwd op durfkapitaal, veelal goedkope arbeid en monopolyposities) gaat de gemeente Amsterdam de komende jaren een aantal experimenten in gang zetten met verschillende coöperaties, zoals een (fiets)bezorgcoöperatie, een taxicoöperatie en een bedrijfsruimtecoöperatie. Ook is meer landelijke en Europese wet- en regelgeving nodig. De komende periode wordt de lobby richting Den Haag en Brussel geïntensiveerd voor aanvullende wetgeving om marktwerking te kunnen corrigeren, belastingontwijking tegen te gaan en om arbeidsvoorwaarden in de platformeconomie te verbeteren.
Meer innovatie en economische activiteiten in Noord, Zuidoost en Nieuw-West
Het is de missie van Amsterdam om de meest sociale innovatiehub van Europa te worden met een impact- en innovatiegedreven economie. Met name in Nieuw-West, Zuidoost en Noord zijn nu nog nauwelijks activiteiten die bijdragen aan het innovatie ecosysteem. Het college gaat de komende jaren waar mogelijk economische activiteiten en innovatie gelijkmatiger over de stad verspreiden. Zo worden er plekken (hubs) in Zuidoost en Nieuw-West gecreëerd, waar ambitieuze innovatieve ondernemers met gelijkgestemden samenkomen, mentoren ontmoeten en in aanraking kunnen komen met innovatieve bedrijven en investeerders uit het centrum van de stad. Met behulp van een zogenaamde incubator kunnen deze lokale bedrijven daarnaast geholpen worden met starten en groeien, maar ook met bijvoorbeeld managementtraining en toegang tot financiers en netwerken.
Lokaal arbeidspotentieel beter benutten
Op dit moment wordt nog niet al het lokale arbeidspotentieel in de stad benut en toegeleid naar de arbeidsmarkt en het huidige economische netwerk. Terwijl er tegelijkertijd sprake is van grote arbeidskrapte. Met het Economisch Arbeidsmarktbeleid wordt geïnvesteerd in een evenwichtigere arbeidsmarkt die iedereen gelijke kansen biedt op werk, met meer samenwerking tussen het onderwijs en het bedrijfsleven. Door het aantal PPS’en met mbo-studenten uit te breiden worden deze twee werelden meer met elkaar verbonden. Jongeren en werkenden met een praktische opleiding krijgen zo meer perspectief. Ook worden bestaande economische netwerken gestimuleerd om diverser en inclusiever te worden.