AMSTERDAM - De komst van bruggen over het IJ is een stap dichterbij gekomen. Vandaag heeft het college van B en W aangegeven dat zij het eindadvies van de commissie D'Hooghe als leidraad gaat gebruiken voor verdere planvorming. De commissie adviseerde om twee bruggen aan te leggen, één aan de oostkant (tussen de Johan van Hasseltweg en het Azartplein) en één aan de westkant (tussen de NDSM-werf en de Haparandadam). Daarnaast adviseerde de commissie om een voetgangerspassage vanaf het Centraal Station naar Noord aan te leggen en de Amsterdamsebrug aan te passen, zodat deze geschikt wordt voor grotere stromen fietsers en openbaar vervoer.
Wethouder Marieke van Doorninck (Ruimtelijke Ontwikkeling): "De noodzaak om Amsterdam in volle breedte te verbinden is onverminderd groot. De stad groeit als kool. Niet alleen langs de noordelijke IJoevers, maar ook bij Sloterdijk, de Houthavens en Haven-Stad komen er de komende jaren duizenden nieuwe woningen bij. Ik ben blij dat het advies van de commissie D'Hooghe een stevige basis legt om die belangrijke verbindingen ook echt te gaan leggen. De commissie heeft een zeer uitgebreid adviesrapport opgeleverd en doet daarmee recht aan alle belangen, zowel aan die van de stad en de regio, als aan die van de scheepvaart. En het is mooi dat ook het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat het advies ziet als een goede basis voor de verdere samenwerking, waarbij Amsterdam aan de slag gaat met de planvorming op basis van het advies. Uiteraard blijven we in goed overleg blijven het rijk, onze nautische partners en andere betrokkenen."
Inrichtingsplan
Het college gaat nu samen met direct betrokken partners (provincie Noord-Holland, Vervoerregio Amsterdam, Centraal Nautisch Beheer en Port of Amsterdam) een definitief inrichtingsplan maken voor het IJ en het Amsterdam Rijnkanaal binnen de ring A10. Parallel hieraan zal het bestaande voorkeursbesluit Sprong over het IJ worden aangepast op basis van het advies van de commissie D'Hooghe. Gelijktijdig met het aangepaste voorkeursbesluit wordt ook het voorkeursbesluit voor de Oostbrug aan de gemeenteraad voorgelegd. Daarbij is ook in deze fase van planvorming , net als in de afgelopen periode, ruimte voor participatie en inspraak van bewoners, bedrijven en betrokken (maatschappelijk) organisaties. De 973 reacties die al zijn gegeven op het advies van de commissie D'Hooghe worden hierin ook meegenomen.
Advies commissie D'Hooghe
De commissie D'Hooghe heeft geadviseerd om een brug te realiseren tussen de Johan van Hasseltweg en het Azartplein. Dit is meer oostelijk dan de oorspronkelijke plannen van de gemeente voor de Javabrug. Aan de westkant was de gemeente voornemens een brug of tunnel te realiseren ter hoogte van het Stenen Hoofd naar Noord. De commissie heeft nu geadviseerd om een brug te maken die meer westelijk ligt, tussen de NDSM werf en de Haparandadam. De eerder voorgestelde fietsbrug naar de Sluisbuurt is volgens de commissie vanuit nautisch perspectief niet mogelijk. In plaats daarvan adviseerde de commissie de Amsterdamsebrug aan te passen en geschikt te maken voor grotere stromen fietsers en openbaar vervoer, in combinatie met een permanente veerverbinding tussen Sporenburg en de Sluisbuurt. De commissie D'Hooghe adviseerde daarnaast een voetgangerspassage bij Centraal Station als oversteek om een belangrijke bijdrage te leveren aan het verbinden van Amsterdam-Noord met de rest van de stad. De komende tijd wordt er naar alle verbindingen nader onderzoek gedaan. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat zal de plannen met name toetsen op nautische veiligheid volgens (inter)nationale regelgeving om zodoende de Rijkswateren van Amsterdam als internationale corridors te waarborgen
Passenger Terminal Amsterdam
De commissie D'Hooghe heeft ook geadviseerd om de Passenger Terminal Amsterdam (PTA) te verplaatsen naar de Coenhaven. Het college volgt op dit punt ook het advies van de commissie en wijst het Westerhoofd in de Coenhaven aan als voorgenomen voorkeurslocatie. Het college wijkt hiermee af van het coalitieakkoord, waarin staat dat de inzet is om – in goed overleg met de partners in de regio – de PTA naar buiten Amsterdam te verplaatsen. Voor het college weegt echter zwaar dat de geadviseerde maatregelen door de commissie D'Hooghe een samenhangend pakket vormen, waar geen onderdelen uitgehaald kunnen worden zonder afbreuk te doen aan het geheel. Nader onderzoek moet uitwijzen of de verplaatsing van de PTA haalbaar is.
Naar verwachting wordt het inrichtingsplan, samen met een aangepaste voorkeursbesluit Sprong over het IJ (inclusief het voorkeursbesluit voor de Oostbrug) eind 2021 aan de gemeenteraad voorgelegd.