AMSTERDAM - Het college van B en W presenteert vandaag de Begroting 2021. Deze begroting, met een omvang van 6,9 miljard euro, staat in het teken van investeren in de stad. Hiervoor wordt bijna 800 miljoen euro uitgetrokken. Ook wordt er bijna 80 miljoen euro vrijgemaakt voor duurzame banenplannen. Door de coronacrisis hebben veel ondernemers het moeilijk of gaan zelfs failliet, en heeft een grote groep Amsterdammers werk en inkomen verloren. Daarom bevat de begroting een duurzaam en sociaal herstelpakket om zoveel mogelijk Amsterdammers aan het werk te helpen en te houden.

Victor Everhardt, wethouder Financiën: “In crisistijd willen we blijven investeren in de stad. Maar de begroting moet wel sluiten, en dat vraagt om het vinden van evenwicht. Met deze begroting investeren we volop, maar vragen we ook een bijdrage aan Amsterdammers en besparen we op de gemeentelijke organisatie.”

Streng bezuinigen op de uitgaven in deze tijd brengt de economie nog grotere schade toe. Daarom kiest het college ervoor om vol te blijven investeren. Dit doet zij onder meer in onderwijshuisvesting, het onderhoud aan kades en bruggen, wijkvoorzieningen, zorgcentra, sportvelden, bouwgronden, veiligheid en cultuur. Ook wordt geld vrijgemaakt om de tekorten in de jeugdzorg en zorg zo goed mogelijk op te vangen en investeert het college in de sportinfrastructuur. Zo worden voorbereidingen getroffen voor de realisatie van de (top)sporthallen in Zuidoost (Nieuwe Kern) en het Jaap Eden IJscomplex, voor de verbouwing van het De Mirandabad, en wordt geld uitgetrokken voor de vervanging van de Sporthallen Zuid. Daarnaast investeert het college in plekken voor jongeren in de meest kwetsbare delen in de stad, zoals Zuidoost. In totaal wordt er voor 787 miljoen aan investeringen voorgesteld aan de gemeenteraad.

In de begroting wordt rekening gehouden met een direct effect van de crisis van 150 miljoen euro in 2021 dat terugloopt naar 55 miljoen euro in 2024. Dit effect bestaat uit een forse terugloop in toeristenbelasting, parkeerinkomsten en dividend van bijvoorbeeld Schiphol en de RAI, waar Amsterdam aandeelhouder van is. In 2020, 2021 en 2022 zet het college met name de Algemene reserve in om deze financiële klap op te vangen. Om de meerjarenbegroting sluitend te houden wordt er de komende jaren bespaard op de gemeentelijke organisatie en wordt er commercieel vastgoed van de gemeente verkocht. Daarnaast gaat de onroerendezaakbelasting (OZB) voor Amsterdamse woning- en pandeigenaren vanaf komend jaar met 20% omhoog. In de Pijp en het Museumkwartier wordt betaald parkeren op zondag ingevoerd. Ook worden de kosten voor een tweede parkeervergunning hoger, wordt betaald parkeren uitgebreid in Geuzenveld en gaat de afvalstoffenheffing omhoog om deze meer kostendekkend te maken.

Gemeenten kunnen niet, zoals het Rijk, de schulden op laten lopen. De Amsterdamse begroting moet op nul sluiten. Het college stelt daarom de ambities bij die in 2018 zijn opgesteld. Zo gaat er vanaf 2023 minder geld naar de opvang van ongedocumenteerden, broedplaatsen, buurtbudgetten voor stadsdelen en structuurversterking van de economie. Dit alles levert vanaf 2024 jaarlijks circa 170 miljoen euro op.

Korte toelichting investeringen

Banenplan
Er gaat tot 2024 78 miljoen euro uit het klimaatfonds naar verschillende ‘banenmotoren’. Dit zijn pakketten aan maatregelen die bijdragen aan de werkgelegenheid en tegelijkertijd aan de verduurzaming van de stad. Bijvoorbeeld door investeringen in het renoveren en isoleren van panden, het versneld aardgasvrij maken van woningen en in zonnepanelen op daken van corporatiewoningen. De zes banenmotoren leiden tot en met 2025 naar verwachting tot circa 3.800 extra banen.

Versnelling investeringen in buurten en achterstallig onderhoud en kades en bruggen
Het college zet onverminderd in op het wegwerken van achterstallig onderhoud van de bruggen en kademuren. Ook gaat er de komende vier jaar 12 miljoen euro extra naar de ontwikkelbuurten. Zes miljoen euro extra gaat naar de vergroening van de openbare ruimte en vier miljoen euro naar de versnelling van investeringen in klein onderhoud.

Sociaal herstel en onderwijs
De komende jaren gaat er bijna 40 miljoen euro naar sociaal herstel, waaronder schuldhulpverlening en armoedebeleid, het voorkomen van onderwijsachterstanden en buurtbanen. Door de crisis krijgen steeds meer mensen sociale problemen, zoals armoede, schulden of eenzaamheid. Ook is er sprake van toenemende kansenongelijkheid op scholen en de arbeidsmarkt. De investeringen van het college zijn dan ook niet alleen gericht op meer werkgelegenheid, maar moeten ook voorkomen dat de sociale problematiek verder toeneemt.

Economie
Ondernemers in de stad hebben het zwaar door de gevolgen van de coronacrisis. Daarom wil het college hen tegemoetkomen door de reclamebelasting en de precario voor terrassen (opnieuw) op te schorten. Het gaat om een lastenverlichting van 14 miljoen euro in 2021. Ook de vermakelijkhedenretributie voor evenementen, die vanaf 2021 zou worden ingevoerd, wordt een jaar uitgesteld. De crisis heeft laten zien dat de economie van de Metropoolregio Amsterdam (MRA) erg afhankelijk is van de bezoekerseconomie. Daarom is het van belang om nu te investeren in de economie van morgen. Hier maakt het college nog eens 10 miljoen euro voor vrij. Met partners in de stad gaat het college op zoek naar de meest kansrijke ideeën en sectoren om in te investeren.

Overige investeringen
 De komende vier jaar gaat in totaal 20 miljoen euro extra naar veiligheid en 24 miljoen euro naar uitbreiding van de handhavingscapaciteit.
 Er gaat in totaal 5 miljoen euro extra naar de Aanpak Binnenstad en de Aanpak Zuidoost, bovenop de al bekende extra 10 miljoen.
 Artis krijgt volgend jaar een bijdrage van 15 miljoen euro voor de renovatie van het Aquarium, dat in erg slechte staat verkeert.
 Voor de renovatie van het Amsterdam Museum is in de begroting ruim 56 miljoen euro opgenomen.
 In 2025 bestaat Amsterdam 750 jaar. Het college stelt de komende jaren 3 miljoen per jaar (totaal 12 miljoen) beschikbaar voor dit jubileum. Het programma investeert onder meer in cultureel erfgoed en sociale samenhang.

Algemene reserve
De Algemene reserve was begin 2020 260 miljoen euro. Hiervan is een fors deel reeds ingezet om de economische schok van de coronacrisis op te vangen. Het college gebruikt de Algemene reserve hiervoor ook tot en met 2023.Tegelijkertijd wordt de Algemene reserve in die jaren weer aangevuld, onder andere met de reserve afkoopsommen erfpacht. Het uitgangspunt is dat de weerstandsratio in 2024 weer minimaal 1,0 is: een goed niveau om financiële risico’s op te vangen. In 2024 laat de Amsterdamse begroting naar verwachting weer een structureel positief saldo zien.