AMSTERDAM - Amsterdam neemt haar verantwoordelijkheid in de aanpak van de klimaatcrisis. Het college van B en W stuurt een uitgebreid plan aan de Amsterdamse gemeenteraad om versneld te verduurzamen en in 2050 volledig klimaatneutraal te zijn.


Wethouder Zita Pels (duurzaamheid): “Het plan ‘Onze stad van morgen’ zorgt ervoor dat we met de hele gemeente aan duurzaamheid werken. Het is belangrijk dat op alle portefeuilles duurzaamheid wordt meegenomen in het beleid. Dit gaan we als stad samen doen. Dit betekent ook dat we de lasten eerlijk verdelen en als eerste de mensen helpen die het meest kwetsbaar zijn. Want de strijd tegen klimaatverandering is ook een strijd tegen onrechtvaardigheid.’’

Amsterdam en klimaatverandering

De opwarming van de aarde gaat sneller dan ooit waargenomen. De wereldwijde temperatuurstijging was in 2022 1,2 graden. Bij het uitblijven van effectief beleid kan het in 2100 oplopen tot 3,2 graden. Een stijging van de temperatuur heeft wereldwijde gevolgen, die ook in Amsterdam merkbaar zullen zijn. Klimaatverandering in Amsterdam betekent meer extreme neerslag, hittestress en droogte en op termijn een verontrustende zeespiegelstijging. Ook zijn de effecten van klimaatverandering ongelijk verdeeld. Dit kan zorgen voor sociale onrust en een toename van kansenongelijkheid. Volgens het IPCC spelen steden een cruciale rol bij het behalen van de ambitieuze emissiereducties en het stimuleren van klimaatbestendige ontwikkeling. Met het plan ‘Onze stad van morgen’ neemt het Amsterdamse college maatregelen om de klimaatdoelen te kunnen halen.

De belangrijkste tien maatregelen van het plan

1. We zetten in op een sociale transitie. Ongelijk investeren voor gelijke kansen is het leidende principe. Daarom worden woningen van bewoners in een kwetsbare positie als eerste geïsoleerd, en worden inwoners met het Actieplan Energiebesparing geholpen om hun energieverbruik te verminderen.
2. Vanaf nu geldt voor alle besluitvorming en uitvoering het uitgangspunt: ‘Duurzaam, tenzij’. Mochten er redenen zijn waarom hier niet aan kan worden voldaan, dan moet dit worden onderbouwd en volgt een bestuurlijke afweging.
3. De risico's van extreem weer worden structureel meegenomen in de gezamenlijke opgave om Amsterdam klimaatadaptief te maken. Er worden nieuwe normen, eisen en richtlijnen opgesteld, om Amsterdam zoveel mogelijk te beschermen tegen extreem weer.
4. Met de oprichting van de uitvoeringsorganisatie ‘Energie voor de stad’ wordt ingezet op een versnelling van de energietransitie.
5. De bestuursopdracht ‘Duurzame Toekomst Stad en Organisatie’ committeert de directies en stadsdelen om samen en tijdig de verduurzaming van de stad en organisatie te realiseren, onder andere door per begrotingsprogramma inzicht te geven in de klimaatvoetafdruk.
6. Een publiek warmtenetwerk voor Amsterdam wordt voorbereid, waarbij betaalbaarheid van de energierekening van bewoners voorop staat.
7. De gemeente stelt zich op als actief aandeelhouder in de richting van onze deelnemingen en vraagt hen om impactplannen te maken.
8. Er komt een nieuwe duurzaamheidsraad, en een klimaatspreekuur met stemmen voor ondervertegenwoordigde groepen.
9. Circulair werken wordt de standaard. Dat betekent slimmer produceren en minder consumeren. De gemeente gaat ondernemers helpen om de (eerste) stappen naar meer circulair ondernemen te zetten.
10. Via het inkoopbeleid wordt niet alleen de eigen organisatie verduurzaamd, maar krijgt ook de markt een impuls om te verduurzamen, bijvoorbeeld door circulair in te kopen en een interne CO2-prijs toe te passen.