AMSTERDAM - In 2020 herdenken we het beëindigen van de Tweede Wereldoorlog, 75 jaar geleden en staan we stil bij het feit dat we sindsdien weer in vrijheid leven, in het besef dat we samen verantwoordelijk zijn om vrijheid door te geven aan nieuwe generaties.

Dat klinkt prachtig en het is ook wel degelijk iets om dankbaar voor te zijn, maar werkt het ook zo voor alle tweede generatie oorlogsslachtoffers? Zij die opgroeiden in een getraumatiseerd gezin? Croiset denkt daar anders over.

Manja Croiset is een van die tweede generatie slachtoffers. Haar leven kenmerkt zich door vele trauma’s als gevolg van het feit dat zij de dochter is van Shoah-overlevenden. De trauma’s van haar ouders werden haar trauma’s. Haar Joodse moeder verloor in de oorlog haar gehele familie en haar vader zat in diverse kampen. Door haar getekende jeugd kwam ze reeds op jonge leeftijd in de psychiatrie terecht.

Inmiddels is Croiset aan bed gebonden, ‘dusdanig mishandeld in de psychiatrie dat haar zenuwstelsel is verwoest’ en gaat zij nu ook eens gebukt onder het juk van onze falende ‘zorg’. Haar levensverhaal is derhalve verre van een vrolijk verhaal en hetgeen deze vrouw allemaal heeft moeten doorleven is simpelweg teveel voor één leven.

Dit artikel kenmerkt zich echter vooral door diep respect voor het indrukwekkende oeuvre dat deze vrouw ons na zal laten. Croiset werd geboren op 5 juli 1946 in Amsterdam. Ze is dichteres, voordrachts- en beeldend kunstenares maar vooral auteur. Een auteur met een indrukwekkend oeuvre. Een auteur ook die de term ‘onverwerkt verleden tijd’ in het leven riep en die een diepe dimensie meegaf. Een dimensie die je pas begrijpt wanneer je haar werk hebt gelezen.

Tegen de stroom in
Croiset heeft zich, misschien wel tegen de stroom in, immer weten te onderscheiden. Zo was zij vanaf haar zesde jaar op balletles bij Nel Roos, de latere Nel Roos-balletacademie. Ze danste voor Unicef in de Jaarbeurshallen in 1960, georganiseerd door Carel Briels. Dit evenement werd rechtstreeks uitgezonden op de tv en draaide tevens in de zomer van 1960 in de bioscoop.

Na de lagere school bezocht Croiset het Barlaeus Gymnasium. In die periode ging het voor het eerst werkelijk mis. Op haar zestiende moest ze het huis uit. Door angsten, ontwikkeld door een verzwegen Shoah, kwam Croiset in inrichtingen terecht. Waarover zij, terugkijkend zegt: "In de klinieken ben ik altijd slecht behandeld, zegt u maar mishandeld, van trauma verwerking was geen sprake.”

Pas vele jaren later, Croiset was toen de veertig reeds gepasseerd, zou ze de behandeling krijgen die ze nodig had: "Het fundament waarop je kunt bouwen is nooit gelegd. Ik heb van huis uit geen veiligheid meegekregen." En juist dát is haar altijd blijven achtervolgen, zelfs nu nog, in de winter 2 van haar leven. Croiset voelde zich nooit begrepen, dat is haar reeds op jonge leeftijd ontnomen. Toch heeft juist dát gevoel geleid tot haar vele boeken en de documentaire die over haar leven werd gemaakt. Die documentaire kent de treffende titel Achter onzichtbare tralies. Ontleend aan de titel van één van haar boeken. Over haar enorme oeuvre zegt zij zelf: “Schrijven is voor mij een ultieme vorm om het ziek zijn te hanteren, dan wel dragelijk te maken." Onverwacht, na de dood van haar ouders, kwam er een inhaalslag . Haar boeken en de documentaire zijn de enige therapie gebleken, maar te laat voor haar lichaam. "Ik wil beelden van mijn leven overbrengen."

En juist dát doet zij op indringende en indrukwekkende wijze. Croiset begon haar schrijf carrière al jong met een tweetal kinderboeken, vanaf 2006 schreef zij voornamelijk over haar leven, de oorlog en zaken die haar, als de activiste die zij in wezen is, tot in het diepst van haar ziel raken.

In 2009 leidde dat er toe dat zij de Prijs van de Uitgever kreeg uitgereikt. Ze werd bekroond wegens haar oeuvre en de krachtige stem die uit haar veelomvattende en veelzijdige werk spreekt.

Dat oeuvre is dan ook meer dan indrukwekkend. Zeker gezien het feit dat Croiset pas op latere leeftijd begon met schrijven. Wanneer we haar twee kinderboeken uit 1956 buiten beschouwing laten, begint de schrijf carrière van Croiset in 2006. Ze schrijft dan Dissonante Symfonie, in 2007 gevolgd door haar autobiografie die de titel Mijn leven achter onzichtbare tralies meekrijgt. In datzelfde jaar verschijnt bovendien de gedichtenbundel Uit spelonken van mijn ziel en Out of the caves from my soul / my life a kind of a prison. Out of the caves is een compilatie van diverse andere werken. In 2008 verschijnen er opnieuw twee boeken van Croiset, te weten: Croisade van een Croiset: elke droom een nachtmerrie en Mijn leven achter onzichtbare tralies. Dit boek beschrijft uiterst rakend de Joodse tweede generatie problematiek waar Croiset onder gebukt is gegaan.

Ook in het jaar daarop schrijft Croiset weer twee boeken: Toeschouwer of deelnemer: filosoof of zonderling, gedichten/gedachten en Knipoog in de duisternis evenals in 2011, dan schrijft Croiset Een hart van bloedkoraal en Traan met een kwinkslag. Croisade van een Croiset is een vervolg op haar autobiografie Mijn leven achter onzichtbare tralies en Traan met een kwinkslag bestaat uit allerlei gedichten en gedachten; Manjaforismen en Manjafiques.

In 2012 verschijnt Zieleroerselen van een getormenteerd mens (naar het gelijknamige weblog). Dit werk krijgt de treffende subtitel: Living on my isle of fear and loneliness mee. Alsof het schrijven van een dergelijk werk in evenwicht moet worden gehouden, verschijnt er ook in dit jaar een bloemlezing onder de titel Wie is de vrouw in de spiegel... bloemlezing of rouwkrans.

Lange tijd lijkt het erop of Croiset een abonnement heeft op twee boeken per jaar, want ook in 2013 verschijnen er twee, te weten MC (de alleszeggende stilte/eenzame wolf) en Spelen met taal. Dit ritme wordt echter met ingang van 2014 doorbroken. In dat jaar verschijnt maar liefst een vijftal boeken. Zo is 2014 het jaar waarin de eerste twee delen van de trilogie Over de Shoah die nooit voorbij gaat, verschijnen; een (familie)historie en een van haar bekendste werken.

In datzelfde jaar verschijnt er een uitgebreidere versie van Spelen met taal en Woordkunstenaar niet bij letters alleen, waarin diverse, door Croiset zelf gemaakte illustraties zijn opgenomen. Tenslotte verschijnt er dat jaar een fotoboek over dans, van de schoonheid en de troost naar de VPRO serie.

In 2015 krijgt de trilogie Over de Shoah die nooit voorbij gaat, haar afsluitende deel. 2015 is echter ook het jaar van Manja en Klinieken of de Grote Miskenning, authentieke vertellingen door generaties heen. Beide zijn heftige, diep rakende werken die geschreven moesten worden en vooral ook gelezen moeten worden. Een openbaring, een aanklacht, kritisch, emotioneel, warm en gelijk niets en niemand ontziend. Dit alles op haar geheel eigen wijze; in haar volstrekt unieke stijl, maar vooral gelijktijdig kwetsbaar en strijdlustig.

In dat jaar verschijnt ook Leven als Kluizenaar; een compilatie van eerdere bundels en Wendy wil krokodillentranen drogen en Pietje Mier en Sjaantje Kabouter.

In 2017 verschijnt De Odyssee van mijn bestaan. In dit boek deelt Croiset vele herinneringen, mooie, maar ook pijnlijke anekdotes, stukjes geschiedenis en mijmeringen over haar jeugd, het gezin en haar leven. Het doet ogen openen, verheldert en emotioneert. De Odyssee van mijn bestaan zal overigens amper een jaar later worden opgenomen in de collectie van Yad Vashem.

Datzelfde jaar verschijnen Vita horribilis, de dood als Leitmotiv, De nachten hadden naar de wadden gemoeten, Verkeerd Verbonden, Schrijversorkest en A hermit with wifi.

In 2018 verschijnen Een schreeuw door de tunnel, gedichten van een getergd mens, Mijn oogleden zoeken elkaar, De W van Cassiopeia en Verpauperd en Ontheemd.

Dit jaar kent nu al Krantenkop of Doofpot, Medisch Circus of Media Circus, Van kameleon tot activiste, (medical errors) en Schrijversorkest (een compilatie van teksten over muziek en dans) en Van de schoonheid en de troost.

Maatschappijkritisch
Croiset is, ondanks haar slechte gezondheid, nooit gestopt met het ventileren van haar mening. Op social media, in haar vele boeken, in artikelen en ingezonden brieven, geeft ze –soms ongezouten- haar mening over misstanden in de maatschappij en hetgeen in haar ogen als onrechtvaardigheid bestempeld kan worden (en het vaak ook is; noot van de redactie). Ze is nog altijd een fel voorvechtster van de rechten van de mens; elk mens.

Verfilming
In 2014 gaat er, in EYE in Amsterdam, een film over haar leven in première, gemaakt door documentairemaker Willy Lindwer. De film werd tevens op 22 april 2018 vertoond in het Nationaal Holocaust Museum in Amsterdam en werd opgenomen in het archief van Yad Vashem tezamen met de inleidende speeches en twee van haar boeken in de bibliotheek en videotheek.

De film van Lindwer begint met een citaat uit de autobiografie van Croiset: “De vijand heeft mijn ouders getraumatiseerd, mijn ouders en de 'hulp'verlening mij.'' Lindwer is geïntrigeerd door Croiset. Net als zij is hij een kind van Holocaustoverlevenden, bovendien zijn zij leeftijdsgenoten en zaten zelfs allebei op Het Amsterdamse Barlaeus Gymnasium. Croisets’ in Israel wonende zuster zat op een van de vluchten naast de cineast en raakte met hem in gesprek. Lindwer: “Ik zag een zwaar beschadigde maar ook buitengewoon intelligente vrouw en was zo onder de indruk van haar geschiedenis, dat ik haar verhaal wilde vastleggen.''

Lindwer werkte maar liefst drie jaar aan de indrukwekkende documentaire over het leven van Croiset, waarbij hij telkens met zijn camera bij haar kwam. Soms zag hij de intelligente, strijdbare activiste, de auteur van het indrukwekkende oeuvre, andere keren het angstige, verlaten meisje dat eveneens in haar huist.

Falende zorg
Croiset is inmiddels volkomen afhankelijk van de zorg van anderen. Die moet ze echter veelal ontberen. Voor het gelauwerde zorgstelsel in Nederland heeft ze geen goed woord over. En terecht. Die heeft haar namelijk grotendeels in de steek gelaten. Zelfs de dood wordt haar niet gegund.. Croiset: “Mijn lichaam is vernield. ”Gedeeltelijk doof, half blind. l’Histoire se répète, maar nu in mijn eigen huis, mijn eerste THUIS. Diverse keren heb ik met artsen over euthanasie gesproken, gesanctioneerd op fysieke grondslag. Gezien mijn verleden, waren gesprekken met een psychiater vereist.” Daartoe is ze noch fysiek noch mentaal in staat. Een beetje arts behoort te weten, dat het gecontra-indiceerd is, te wroeten in verwerkte trauma’s. “Een stigma als getatoeëerde kampnummers”. Croiset heeft een onvervulbare wens: Een zaak voor Het Europees hof voor de Rechten van de Mens, misdaad tegen de menselijkheid.

Wat ons rest is respect..
Croiset geeft in veel van haar boeken blijk over een ruime kennis te beschikken van allerlei cultuurvormen en ook die komen in haar boeken met regelmaat voorbij. Deze ontwikkelde vrouw blikt in boeken als De Odyssee van mijn bestaan, maar ook in andere werken, terug op haar leven en zij kan het zelfs opbrengen om dat te doen met een regelmatig terugkerende cynische ondertoon. Een hard leven, dat nu ook nog moet eindigen in een zwaar ziekbed. Het leven is niet eerlijk.