Holleeder heeft zich in de jaren 2002 tot en met 2006 onder meer schuldig gemaakt aan het geven van opdracht voor de moorden op John Mieremet, Cor van Hout, Willem Endstra, Kees Houtman en Thomas van der Bijl. Bij deze aanslagen vielen ook andere slachtoffers.
Getuigenverklaringen
Het hof vindt dat het zeer omvangrijke dossier tegen Holleeder veel bewijs bevat dat zijn schuld aantoont. Dat bewijs bestaat onder meer uit verklaringen van veel getuigen. Getuigen die van Holleeder zelf hoorden wat hij heeft gedaan, maar ook kroongetuigen die bij de uitvoering van de moordopdrachten van Holleeder betrokken waren. Ook zijn de geluidsopnamen belangrijk waarin Holleeder, zonder dat hij wist dat hij werd opgenomen, een deel van de feiten bekent. Holleeder zelf heeft tijdens het strafproces elke betrokkenheid bij de moorden ontkend. Hij heeft van belastende getuigen gezegd dat ze liegen. Ook heeft hij gewezen naar anderen die volgens hem verantwoordelijk zijn voor de moorden.
Onderzoek
Het hof heeft veel onderzoek gedaan naar de betrouwbaarheid van de getuigen en naar de mogelijke rol van anderen bij de moorden. Dat onderzoek was ingewikkeld omdat een deel van de slachtoffers zich in het criminele milieu bewoog. Dit onderzoek heeft de betrouwbaarheid van belastende getuigen bevestigd en heeft geen aanknopingspunten opgeleverd dat iemand anders dan Holleeder achter de moorden zit.
Levenslange gevangenisstraf
Bij de oplegging van de straf heeft het hof rekening gehouden met de kille en gewetenloze wijze waarop Holleeder samen met anderen in een criminele organisatie, heeft beslist over leven en dood. Zijn keuzes waren ingegeven door financiële motieven of om ervoor te zorgen dat een ander geen wraak op hem kon nemen of met de politie zou praten. Het hof concludeert dat bij deze feiten geen andere straf kan worden opgelegd dan een levenslange gevangenisstraf.