AMSTERDAM - Het OM in Amsterdam heeft de afbeelding en de tekst op de flyer die in Amsterdam tijdens een demonstratie op 7 oktober 2024 werd verspreid, beoordeeld als niet strafbaar. Er is naar het oordeel van het OM geen sprake van een verdenking van discriminatie en ook is er geen sprake van een verdenking van opruiing. Veel mensen zullen de flyers als afschuwelijk en beangstigend hebben ervaren, maar dat wil niet zeggen dat het ook strafbare flyers zijn.

Demonstraties trekken een zware wissel op de stad Amsterdam. Het OM staat voor een rechtvaardige en vastberaden strafrechtelijke handhaving van de rechtsstaat. Ook als sommige mensen de wet anders uitgelegd willen zien. Daarbij heeft iedereen recht op gelijke behandeling. Daar staat het OM voor. De verantwoordelijkheid voor optreden ligt lokaal bij de driehoek en als onderdeel daarvan neemt het OM die rol vanzelfsprekend ook.

Het is aan de driehoek van burgemeester, politiechef en hoofdofficier van justitie om volgens de wet demonstraties te faciliteren, ongeacht het standpunt dat door de betreffende demonstratie wordt uitgedragen. Het is slechts in uitzonderlijke situaties mogelijk om beperkingen op te leggen of om een demonstratie te verbieden. In de driehoek wordt besproken aan welke voorwaarden een demonstratie moet voldoen. Vrijheid van meningsuiting en vrijheid van demonstratie zijn belangrijke grondrechten in een democratische samenleving, maar die grondrechten zijn niet onbeperkt.

Verantwoordelijkheid

Het OM heeft de verantwoordelijkheid om te beoordelen of gedane uitingen mogelijk strafbaar zijn – omdat ze bijvoorbeeld discriminerend of opruiend zijn. Dat doet het OM door de uitingen langs de lat van het Wetboek van Strafrecht te leggen. Het Wetboek van Strafrecht vormt het wettelijk kader waarbinnen het OM opereert en dat voor iedereen in de rechtsstaat geldt. Bij de beoordeling gaat het er niet om of iets walgelijk is of niet, maar of het strafbaar is. Kwetsen, grieven, choqueren: dat overtreedt mogelijk de fatsoensnormen, maar dat maakt een uitlating nog niet strafbaar.

Op het eerste gezicht kan er ten aanzien van de flyers sprake zijn van een verdenking van discriminatie of opruiing. Dat is dan ook onderzocht. Alhoewel veel mensen de op 7 oktober verspreide flyers als afschuwelijk en beangstigend hebben ervaren, wil dat nog niet zeggen dat ze ook strafbaar zijn. De beoordeling of een tekst of afbeelding strafbaar kan zijn, vergt de nodige tijd omdat vaak sprake is van een weging van botsende (grond)rechten en ook actuele jurisprudentie bij de afweging moet worden betrokken.

Zowel voor de tekst als voor de afbeelding op de flyer die op 7 oktober 2024 in Amsterdam werd verspreid, geldt dat het geen discriminatie oplevert. Er worden geen uitingen gedaan over een groep mensen wegens herkomst en/of godsdienst. In de tekst wordt weliswaar fel tekeer gegaan tegen zionisme, maar zionisme of zionisten is geen groep die zich kenmerkt door herkomst en/of geloof als bedoeld in de discriminatiewetgeving (artikel 137c en artikel 137d Wetboek van Strafrecht).

Het OM heeft ook gekeken of de tekst of afbeelding mogelijk opruiing zou opleveren. Wat betreft de tekst is er naar het oordeel van het OM geen sprake van opruiing. In de zin ‘We continue to resist until liberation’ is weliswaar het woord ‘resist’ opgenomen, maar daaruit is niet af te leiden of dit verzet ook met het plegen van enig strafbaar feit gepaard zou (moeten) gaan.

Ook wat betreft de afbeelding is er naar het oordeel van het OM geen sprake van een verdenking van opruiing. Op de afbeelding is een ‘paraglider’ te zien die er op het eerste gezicht gewapend uitziet. Onder de afbeelding staat ook de zin ‘resist until liberation’ vermeld. De afbeelding kan in verband gebracht worden met de gebeurtenissen op 7 oktober 2023. Het louter in verbinding brengen van een afbeelding van de gebeurtenissen op 7 oktober 2023 met een mededeling over ‘verzet’ levert geen verdenking van opruiing op.

Afdoeningsbeslissingen aangehouden personen

Nadat de demonstratie op 7 oktober 2024 vanwege ongeregeldheden door de burgemeester werd ontbonden, weigerde een aantal demonstranten te vertrekken. Ruim 300 demonstranten zijn vervolgens op grond van de Wet Openbare Manifestaties (WOM) door de politie aangehouden en met bussen verplaatst naar Amsterdam-Noord. Daar zijn ze heengezonden zonder dat hun gegevens zijn geregistreerd. Daarnaast zijn 26 personen aangehouden op verdenking van verschillende strafbare feiten zoals overtreden van de APV, belediging, vernieling en mishandeling. Van hen hebben twaalf personen een geldboete gekregen. Twee personen hebben inmiddels een dagvaarding voor de politierechter ontvangen. De zaken van twaalf personen zijn nog in onderzoek.