AMSTERDAM - Volgens de rechtbank kan niet bewezen worden dat een 66-jarige man via zijn B.V. een aantal panden op de Amsterdamse Wallen (de ‘Wallenpanden’) heeft witgewassen. De rechtbank spreekt de man en zijn bedrijf daarom vrij. Het in beslag genomen onroerend goed moet worden teruggegeven.

De panden op de Amsterdamse Wallen zijn sinds 2002 eigendom van de 66-jarige man. Volgens het Openbaar Ministerie (OM) zouden de panden gefinancierd zijn met crimineel geld.

Bij de beoordeling heeft de rechtbank allereerst gekeken of de man na een eerdere strafzaak nog een keer mocht worden vervolgd voor het witwassen van die panden. De conclusie is: ja. Evenmin is de zaak verjaard omdat de rechtbank het ten laste gelegde feit beschouwt als een voortdurend conflict. Dat betekent dat het OM tot vervolging kon overgaan.

Rechtmatige eigenaar

De rechtbank concludeert dat in 1992 en 1993 een deel van het losgeld van de Heinekenontvoering is gebruikt om de Wallenpaden te kopen. Volgens de rechtbank zijn er in de loop der tijd verschillende signalen geweest dat Heineken-losgeld is geïnvesteerd op de Wallen. Maar op basis van onder andere de boekhouding, getuigenverklaringen en uitspraken in andere strafzaken concludeert de rechtbank dat de man jarenlang niet hoefde te vermoeden dat er crimineel geld in zijn panden zat. Dat veranderde in 2020 nadat er in een andere strafzaak verklaringen over waren afgelegd.

De rechtbank oordeelt dat de man – en niet een ander - rechtmatig eigenaar is van de Wallenpanden en zich niet schuldig heeft gemaakt aan zogenoemde verhullingshandelingen, zoals het OM stelde. Witwassen is dan ook niet bewezen, concludeert de rechtbank. De rechtbank spreekt de man en zijn B.V. vrij van de beschuldigingen en bepaalt dat het in beslag genomen onroerend goed moet worden teruggegeven.